Breedteschrijfsels II

Werk in uitvoering -09- Tamara

De werkdag is bijna gedaan. Vicky is met Lis en Thomas de hele dag in de wei bezig geweest. Peter, ‘chef levende have’, had ze vroeg in de ochtend gevraagd om de kudde geiten, schapen en het pluimvee, wat er tussendoor scharrelde, naar het erf te brengen.
‘Vandaag gaan we de weide weer eens even netjes maken.’ had hij gezegd. Voordat de dieren op het erf waren gedreven waren ze al een uur verder, maar toen konden ze beginnen met opruimen. Drinkbakken werden uitgewassen en weer recht gezet. In de werkplaats timmerde Wes twee nieuwe voederbakken in elkaar die aan het einde van de dag een mooi plekje in de wei kregen. Met harde bezems en afvalscheppen werd er een berg mest van het gras gehaald wat op de mesthoop achter de boerderij belandde.
In de middag kwam Herman, de schapenscheerder, om de oudere schapen hun dikke wollen jassen uit te trekken. Net voor het lammeren is Herman ook al eens geweest maar dat was om alleen de twee zwangere ooien te scheren.
‘Den kunne de lemkes mekkelek bij hunne moederke tutten hé.’ had hij uitgelegd.
Vandaag mocht Thomas helpen om de schapen op hun kont te zetten zodat Herman met het scheerapparaat de wollen vacht van hun nek tot aan hun kont kon afpellen. Vicky en Lis stonden erbij te kijken en moesten elke keer weer lachen wat voor kaal beest er onder die dikke vieze krullenbos vandaan kwam. Nadat ze na het schapenscheren ook nog de kippenren helemaal hadden uitgemest en weer hadden voorzien van nieuw stro en hooi mochten alle dieren terug in de wei.
Op het erf zaten ze aan één van de picknicktafels uit te rusten. Van mevrouw de Wit hadden ze allemaal een blikje frisdrank gekregen uit de automaat en nu zaten ze in de zon wat te kletsen.
Thomas vertelde dat hij echt heel erg zijn best had moeten doen om de schapen in bedwang te houden.
‘Ze zijn niet alleen heel zwaar, maar ook ontiegelijk sterk hoor.’
Lis knikte driftig en zei ‘Daarom durf ik het niet zo goed, ik ben bang dat ze bijten.’
Thomas lacht ‘Schapen eten alleen stro, en gras en paardenbloemen.’
Lis kijkt een beetje bedenkelijk en zegt dan ‘Ik ben naar een bloem genoemd hè, dus…’
Vicky schudt haar hoofd ‘Nee hoor Lizzy, schapen bijten jou echt niet. Misschien wil je het de volgende keer proberen? Als Herman er weer is.’
Lis haalt haar schouders op ‘De lammetjes vind ik lief, die durf ik wel vast te houden.’
Thomas gaat nog even door ‘Ja, die til je zo op, maar voor zo’n schaap moet je echt sterk zijn.’
‘Wie is er hier het sterkste dan?’ horen ze opeens iemand achter hen vragen. Johan is uit de boerderij naar buiten gekomen en staat het clubje harde werkers goedkeurend te bekijken.
‘Ik!’ roept Thomas terwijl Vicky haar hand opsteekt.
Lis draait haar ogen naar boven en zucht ‘Daar gaan we weer.’ waarna ze opschuift naar het einde van de tafel.
Johan gaat meteen op het vrijgekomen plekje zitten terwijl hij in zijn handen wrijft.
‘Kom maar op dan Thomas.’ zegt hij en hij plant zijn elleboog midden op tafel met een uitgestoken hand gericht op de jongeman tegenover hem. Die neemt een flinke slok uit zijn blikje cola, laat vervolgens een harde boer en zet eveneens zijn elleboog op tafel. Dan grijpen de handen in elkaar en vraagt Johan ‘Wie telt er af?’ Vicky telt niet alleen, maar slaat de maat met twee vuisten op tafel.
‘Drie, twee, één… Af!’
Beide mannen zetten kracht en hun handen zwaaien langzaam en trillend van inspanning heen en weer. Met bolle rode wangen houden ze hun adem in en proberen uit alle macht de arm van hun tegenstander naar het tafelblad te drukken. Op het moment dat Thomas een snelle ademteug neemt slaat Johan toe. De rug van Thomas hand komt op tafel en hij geeft zich gewonnen.
‘Jij bent nog sterker dan een schaap chef.’ zegt hij, waarna zijn plaats wordt ingenomen door Vicky.
Johan wist met een mouw het zweet van zijn voorhoofd en zegt ‘Om van Vicky te winnen moet ik nog sterker dan Obelix zijn, denk ik.’
Vicky lacht even na het compliment, maar zet dan resoluut haar elleboog op tafel.
‘Ik durf het wel hoor chef.’
Hun handen grijpen in elkaar en ze wachten tot iemand het startsein geeft. Liz telt heel langzaam en zachtjes tot drie waarna Thomas schreeuwt ‘AF!’


Vicky en Johan zetten allebei kracht en hun armen blijven recht overeind staan.
Wes komt uit de werkplaats om eens te kijken wat er aan de hand is. Hij schudt zijn hoofd als hij ziet dat er weer iemand met armpje drukken probeert te winnen van Vicky.
Toch lijkt het dit keer door Johan te gaan lukken want heel langzaam gaat de hand van Vicky naar de tafel. Johan perst uit alle macht en zijn hoofd loopt rood aan. Vicky heeft het heel moeilijk en haar hand trilt en beeft maar blijft nog net op vijf centimeter hoogte boven het tafelblad hangen.
Johan kreunt tussen zijn tanden ‘Geef… je… over…’
Vicky puft en blaast en zegt dan verbazend rustig ‘Nog even volhouden Chef.’ Haar linkerhand pakt het blikje frisdrank en terwijl de ineen verstrengelde handen op precies dezelfde plaats blijven hangen brengt ze het blikje naar haar mond en neemt ze een flinke slok.
Ondanks zijn inspanningen kijkt Johan met grote verbaasde ogen naar zijn tegenstander die hem rustig aankijkt en zegt ‘Zo, een slokje toverdrank doet wonderen.’
Haar ontblote bovenarm laat een biceps zien die nog iets verder opbolt en haar hand beweegt zich omhoog. Langzaam maar gestaag maken de twee handen een halve cirkel terwijl Johan een in toonhoogte oplopende noodkreet laat horen. En dan ploft zijn hand ruggelings op het blad van de picknicktafel.
Vicky houdt haar arm nog een paar seconden in positie om aan te geven dat zij toch echt de allersterkste is.
Thomas en Lis juichen en slaan Vicky op haar schouders terwijl Johan zijn hoofd teleurgesteld op tafel legt.
Wes staat er met een grote grijns naar te kijken en steekt een vuist omhoog waaruit zijn duim fier naar boven wijst. Hij is de enige op de boerderij die wel eens van haar heeft gewonnen, maar dat is alweer een tijdje geleden.
Terwijl het clubje aan tafel blijft napraten gaat Wes terug de werkplaats in om het gereedschap op te ruimen en de vloer aan te vegen. Als hij een half uurtje later naar buiten komt ziet hij aan de picknicktafel alleen nog Vicky en Johan zitten. Het lijkt erop of ze nog een wedstrijdje armpje drukken aan het doen zijn want hun handen liggen midden op tafel in elkaar verstrengeld.
Als hij de deur achter zich dichtgooit ziet hij de rug van Johan even omhoogschieten van de schrik. De handen die zojuist nog bezig leken met een wedstrijd doen nu verlegen hun eigen ding. Johan strijkt er mee door zijn haar en Vicky zit nu met haar beide handen in haar schoot te friemelen terwijl ze Johan en Wes niet aan lijkt te durven kijken.
‘Euh, ik…euh, goa er vantusse.’ zegt Wes aarzelend terwijl hij zijn fietssleutel uit een broekzak haalt.
‘Alles goe Vick?’ vraagt hij. Ze kijkt even naar hem op en knikt een beetje schuchter.
‘Dag Wes, tot morgen hoor.’ roept Johan hem luid toe, waarna hij iets minder luid tegen Vicky verder praat.
‘Het is tijd om naar huis te gaan. Morgen wordt het een mooie dag.’ .
Vicky knikt waarna Johan opstaat en begint met alles af te sluiten.

Zodra Vicky in haar brommobiel zit vraagt ze zich af hoe ze het aan Charl gaat vertellen. Er zijn de afgelopen jaren natuurlijk wel meer uitjes geweest van haar werk maar nu heeft ze afgesproken om met haar chef mee te gaan en dat ligt toch wel even anders. De laatste weken is Johan zo aardig tegen haar en geeft hij haar veel complimentjes.
‘Het lijkt wel of hij verliefd op me is.’ fluistert ze zachtjes voor zich uit.
Ze schudt haar hoofd en wil er niet aan denken wat Charl daarvan zou vinden. Ze heeft Johan altijd erg aardig gevonden en nu haar mannie thuis meer in zijn schuurtje bezig in dan gezellig met haar op de bank zit heeft ze wel behoefte aan wat gezelligheid.
En morgen een uurtje varen in het bootje van Johan, dat kan toch geen kwaad. Hij heeft het zojuist aan haar gevraagd terwijl hij haar hand pakte.
‘Ga je mee een stukje varen? Het is zo mooi op het water.’
‘Wanneer dan?’
‘Morgen, na het werk, even een uurtje maar.’
Vicky wist helemaal niet dat Johan een bootje had, maar nu heeft hij er van alles over verteld. Ze werd enthousiast en steeds nieuwsgieriger naar hoe het zou zijn om op zo’n mooie zomermiddag een stukje over het water te varen.
‘Goed,’ had ze gezegd, ‘morgen na het werk.’
Op dat moment was Wes uit de werkplaats tevoorschijn gekomen en had Johan meteen haar hand losgelaten. Ze weet niet waarom, maar ze voelde zich een beetje betrapt. Terwijl het toch ook weer niet zo erg is om met een collega na het werk wat af te spreken.
‘Nou ja, collega… Chef, dus eigenlijk.’ zegt Vicky nu hardop en wil er over ophouden met nadenken.
Ze drukt haar radio aan en start de Cd-speler. Het eerste liedje zingt ze hardop mee maar als ze het refrein van het volgende liedje wil inzetten wordt ze toch weer met haar bedenkingen geconfronteerd. Terwijl die zanger met dat rode gebreide petje op hoog volume zingt ‘Je loog tegen mij…’ neemt Vicky zich zwijgend voor om het vanavond gewoon tegen Charl te vertellen.

In haar hoofd telt ze weer af vanaf tien, vastbesloten om zodra ze op één is aangekomen te vertellen dat ze morgen met Johan gaat varen. Maar de ene keer zegt Charl net iets en de andere keer blaft Vlekkie. Dan weer telt ze heel langzaam, zodat ze zeker weet dat ze er helemaal klaar voor is om alles op te biechten, maar dan staat Charl op om nog wat rijst uit de pan op zijn bord te scheppen. Maar er zijn ook een paar aftelpogingen die helemaal goed gingen waarbij ze zelfs op nul toch niet de moed had om er over te beginnen.
‘Vind je het wel lekker?’ vraagt Charl. ‘Je bent zo stil.’
Vicky haast zich om te knikken. ‘Ja hoor Sjarlie, lekker kippie.’
Ze houdt heel even haar adem in en zegt dan ‘Morgen ga ik na het werk nog even met een collega mee.’ Ze flapt het er opeens uit, zonder aftellen.
Charl heeft net een flinke hap genomen en kijkt haar al kauwend knikkend aan. Als hij alles heeft doorgeslikt vraagt hij ‘Dat is gezellig, met wie dan?’
‘We gaan samen even, euh… wat drinken bij De Theetuin, zomaar.’
Net zo gemakkelijk het zojuist uit haar mond rolde zo snel verzint ze nu opeens dat ze wat gaat drinken op het terras in plaats van varen met haar chef. Waarom doet ze dit, waarom durft ze niet gewoon te vertellen wat ze gaat doen.
‘Daar hebben ze toch die lekkere cheesecake?’ zegt Charl terwijl hij haar door zijn oogwimpers bekijkt alsof hij rechercheur de Wolf zelf is die een verhoor afneemt bij een moordverdachte.
Vicky lacht even ‘Ja, dat is waar ook.’ zegt ze dan een beetje verbaasd.
‘Je wil toch niet zeggen dat je daar niet aan dacht toen jullie besloten om wat bij de Theetuin te gaan drinken?’
Vicky schudt haar hoofd en zegt dan ‘Nee, natuurlijk wel. Lekkere gebakjes daar houdt, euh, ze ook wel van.’
Ze kijkt nu naar de laatste stukjes kip op haar bord om Charl niet aan te hoeven kijken.
‘Ga je met Lis?’
Vicky weet dat ze niet meer terug kan naar het werkelijke verhaal. Haar blik zwerft over tafel terwijl ze zegt ‘Nee, niet met Lis…, maar…’ ze ziet kip, rijst, kroepoek, ‘met euh…’ er staat peper en zout, een flesje met saus, ‘Met Tamar!’ zegt ze opeens luid.
Charl kijkt haar verbaasd aan en is even een paar seconden stil.
In die stilte zegt Vicky ‘A.’
Nu fronst Charl. ‘A, wie is dat?’
‘TamarA.’ legt Vicky uit, die is nieuw en heel aardig.
Charl kijkt haar nog even bevreemd aan en zegt dan, net voor hij weer een volle lepel in zijn mond steekt.
Ok, leuk dan dat jullie samen even op stap gaan. Maar denk er om, niet te veel cheesecake eten want ik maak morgen andijviestamp hè.’ Vicky knikt snel en eet dan ook haar bord leeg.

Charl ruimt de tafel leeg. De borden worden door Vicky in de gootsteen afgewassen terwijl hij het peper en zout in het rekje naast het gasfornuis zet. Dan doet hij de deur van de koelkast open en zet daar het flesje saus in. Hij zwaait de deur dicht maar steekt op het allerlaatste moment zijn hand tussen deur en sponning. Het lampje van de koelkast was al uitgeschakeld maar nu hij de deur weer iets opendoet wordt de inhoud opnieuw fel verlicht.
Daar, op de bovenste plank, staat het flesje saus wat hij zojuist van tafel heeft geruimd. Het flesje met de gele dop en het gele etiket waarop met grote rode letters ‘Tamarind Sauce” gedrukt staat.
Hij kijkt eens om naar Vicky die druk met de afwasborstel bezig is.
‘Wat is er toch?’
Hij weet dat hij aan Bettina heeft beloofd om er met Vicky over te praten, maar dat valt nog niet mee. Neem nu vanavond bij het avondeten. Hij heeft vele malen afgeteld van tien tot één om dan die moeilijke vragen te stellen, maar telkens durfde hij niet.

3 comments on “Werk in uitvoering -09- Tamara

  1. Wat is chef Johan van plan met Vicky..vast niet iets goeds.Maar hopen dat ze hem snel doorheeft en het boottochtje laat eindigen in misschien wel kielhalen door sterke Vicky .

  2. Het is zo`n leuk stel . Moet daar nu narigheid tussen komen .Doe dan toch je mond open en zeg wat er is. Meeleven met een verhaal is leuk maar je kan er ook wel eens kwaad om worden.Groeten Ma harmans

Reageer