2e Refrein – Vervolg
De laatste keer dat Jarno ‘s morgensvroeg werd opgebeld kreeg hij slecht nieuws te horen. Dit keer zit hij te wachten tot hij weer gebeld gaat worden, maar nu is hij vooral benieuwd waar Manuel hem over wil spreken. Ook gaan zijn gedachten terug naar gisteravond. De afsluiting van Theo’s begrafenis in het restaurant was geslaagd. Het was gek genoeg zelfs gezellig, ook al zou je dat niet verwachten na een uitvaart. Ondanks het verdriet was het misschien juist wel het gedeelde verdriet wat de avond tot een fijn samenzijn maakte. Dat Naomi ervoor had gekozen toch langs te komen maakte de bijeenkomst ook wel extra spannend voor Jarno. Nadat de maaltijd was afgesloten en iedereen Suzy en Jin bedankte voor de gastvrijheid en de lekkere hapjes had hij gevraagd of ze zijn hulp kon gebruiken met het afsluiten van de bloemenwinkel. ‘Ja, je kan wel wat doen, samen is het zo gebeurd.’ had Naomi geantwoord. Bij de deur werd mevrouw de Vries in haar jas geholpen door Jin. Jarno had tegen Naomi gezegd ‘Dan kom ik zo naar de winkel toe, ik moet eerst mevrouw de Vries nog even thuisbrengen.’ Die had hem met een schuin oog aangekeken. ‘Denkie dat ik me huis nie meer ken vinde? Ga jij maar lekker de bloemeties buite zette met die lieve juffrouw, ik red me eige wel.’
Het legen van de emmers en het aanvegen van de winkel had Jarno voor zijn rekening genomen, terwijl Naomi de kas op had gemaakt en de bestellingen voor de volgende dag had voorbereid. Na het opruimen van de werktafel en toonbank kon de deur op slot worden gedaan. ‘Ik vond het gezellig vanavond.’ Had Jarno gezegd. ‘Ja, ik ook. Heel gezellig.’ was Naomi hem bijgevallen. Uiteindelijk waren ze met een korte, lichte omhelzing uit elkaar gegaan.
Aan juist dat moment moest Jarno de ochtend erna vooral denken. Hij ruikt nog Naomi’s haar en hij voelt nog haar armen om zijn schouders en zijn handen op haar rug. Ook al was het maar een kort moment, hij zou willen dat ze dat nog een keer over zouden kunnen doen. Misschien iets langer dan wel. Jarno bedenkt dat hij zijn hoofd tegen haar hoofd zou willen leggen, hij zou haar wang willen voelen tegen zijn wang. En als die wang zo dichtbij is dan hoeft hij zijn hoofd maar een beetje te draaien om er voorzichtig een kus op te geven… Jarno schrikt van het schelle geluid van zijn mobiele telefoon. Op het kleine tafeltje in zijn boot licht het display op, waarop een voor Jarno onbekend nummer wordt getoond. Dat moet Manuel zijn. Snel pakt hij zijn telefoon op. ‘Met Jarno.’ ‘Goedemorgen Jarno, Manuel hier.’ ‘Goedemorgen.’ Het blijft even stil aan de andere kant van de lijn, maar dan spreekt Manuel snel over de reden van zijn telefoontje. Hij vertelt over zijn voorstel en de reden waarom het in zo’n kort tijdsbestek geregeld moet worden. Aan het einde van de ochtend moet hij namelijk alweer in het vliegtuig stappen naar Lissabon. Jarno laat hem zijn verhaal vertellen, maar weet eigenlijk al direct wat zijn antwoord zal zijn. Wanneer Manuel uitgesproken is zegt Jarno ‘Ik vind het een prima voorstel en ga er graag op in.’ Opnieuw is het even stil, maar dan hoort hij Manuel opgelucht ademhalen. ‘Heel fijn Jarno. Kan je er over een half uur zijn?’ vraagt Manuel. ‘Zeker.’ ‘Goed, dan zie ik je daar.’ En zo wordt het telefoongesprek abrupt afgerond. Jarno legt zijn telefoon op tafel en bedenkt zich hoe de zaken toch raar kunnen lopen. Een jaar geleden had hij een huis en een boot. Het afgelopen jaar had hij alleen een boot. En vanaf vanmiddag heeft hij een boot en een huis. Nou ja, tijdelijk dan en volgens de afspraken die Manuel hem heeft voorgesteld. Deze winter kan hij in het huis van Theo verblijven.
Precies op het moment dat hij de straat in loopt ziet hij een taxi voor het huis stoppen. Manuel stapt uit en wacht op de stoep tot Jarno bij hem is. Hij overhandigt hem meteen een kleine sleutelbos. ‘Hier, deze heb ik een paar dagen geleden van de wijkagent gekregen. Kan je gelijk wennen van welke deuren ze zijn. Zullen we naar binnen gaan?’ Jarno knikt en ze lopen op de voordeur af. Na een blik op de sleutels pikt hij er in één keer de juiste uit. De voordeursleutel van zijn oude woning zag er vrijwel hetzelfde uit. Eenmaal binnen gaan ze aan de keukentafel zitten. Hier heeft Jarno voor het laatst met Theo gegeten en nu zit hij tegenover de zoon van wiens bestaan hij helemaal niet op de hoogte was geweest. ‘De eerste twee maanden zal ik voor mijn rekening nemen,’ zegt Manuel, ‘mocht je langer willen blijven dan delen we de kosten. Maar niet voor langer dan vier maanden bij elkaar. Wat vind je daarvan?’ Jarno knikt. ‘Dat zou betekenen dat ik op 28 februari de sleutel weer inlever. Dan heb ik ruimschoots de tijd om hier alles uit te zoeken en daarna weer naar mijn boot kan terugkeren. Manuel schudt zijn hoofd. ‘Nee, niks 28 februari.’ Jarno kijkt hem verbaasd aan. Heeft hij het verkeerd begrepen? Dan lacht Manuel en kijkt hem met pretogen aan, waardoor Jarno voor het eerst een gelijkenis met Theo ontdekt. Die keek en lachte op dezelfde manier. ‘Volgend jaar is een schrikkeljaar. Je hebt dus een dag extra.’ Jarno lacht op zijn beurt. ‘Dan heb ik zeker voldoende tijd.’ Manuel werpt alweer een serieuze blik op zijn horloge. ‘Over een klein half uur word ik door de taxi opgehaald. Ik check dan uit in mijn hotel en reis gelijk door naar het vliegveld. Laten we maar eens kijken hoe wij,’ hierbij aarzelt hij even en kijkt Jarno aan, ‘hoe jij, het hier gaat aanpakken.’
In korte tijd lopen ze door het huis waarbij Manuel aanwijst wat er voorlopig bewaard moet worden. Ook maken ze afspraken naar welk adres Jarno de belangrijke papieren moet sturen, hoe de betalingen van de vaste kosten worden gedaan en dat de inkomsten van eventuele verkoop van meubels en goederen tussen hen gelijk verdeeld zal worden. Met de verhuurder heeft Manuel al overleg gehad over de situatie. ‘Ze deden nogal moeilijk, omdat er lange wachtlijsten zijn met woningzoekenden, maar toen ik vertelde dat ik vier maanden huur vooruit zou betalen, was het opeens geen probleem meer.’ Dan wordt er aangebeld en blijkt de taxi alweer gearriveerd te zijn. ‘Jarno, bedankt dat we dit zo kunnen oplossen. Laten we aan het eind van iedere maand even contact hebben hoe alles verloopt.’ Ze schudden elkaar de hand en dan loopt Manuel naar buiten. Voor hij instapt draait hij nog even om. ‘Mijn vader was blij met je hulp. Nu je zijn spulletjes ook nog een goede bestemming geeft, help je niet alleen mij, maar ook hem. Hij is je vast heel dankbaar.’ Jarno wil iets terugzeggen, maar komt niet direct op de juiste woorden. Manuel zit al op de achterbank en steekt zijn hand op als groet. Jarno groet terug en dan rijdt de taxi weg. Jarno kijkt hem nog even na tot hij de straat uit is en sluit dan de voordeur. Als hij zich omdraait ziet hij de kapstok, het prikbord, een schoenenkastje en wat lijstjes met foto’s aan de wand. Hij ziet alle vertrekken voor zich waar de meubels, de kleding, de boeken, de huishoudelijke apparaten en de rommeltjes nog een plaatsje hebben. Een huis zoals ieder ander huis, waar een man, een vrouw, een gezin woont en leeft. Vol van spullen als een huis van overvloed. Hij weet nog niet waar te beginnen, maar over een kleine vier maanden zal dit huis helemaal leeg zijn. Zal het eb zijn, waarna een volgende bewoner de stroom weer op gang brengt met een nieuw leven en een nieuw bestaan.
2e Refrein wordt vervolgd
Dat is dan mooi geregeld (hoop ik) zo kan hij de wintermaanden in een warm huis verblijven..al heeft hij wel wat werk te doen en wie weet bloeit er wat op tussen hem en Naomi
Er is een toekomst vol van hoop. Groeten Ma
Bijzondere mensen ontmoeten bijzondere mensen…., of…. Zijn we allemaal bijzonder…
Kus
Wilco