2e refrein – Vervolg

Eenmaal terug van de rit naar de kringloop en vuilstort stopt Naomi voor het huis. Ze is tijdens de terugrit een beetje zwijgzaam geweest, maar nu zegt ze ‘Ik breng eerst de bus van Bert weer naar de winkel.’ ‘Ok, dan ga ik wat te drinken inschenken.’ antwoord Jarno. ‘Lekker een beker thee?’ Naomi knikt. ‘Dat is goed, tot straks.’ Jarno stapt uit, maar draait zich nog even om voor hij de deur sluit. ‘Hé Naomi, ik ben niet zo’n prater hè, dus…’ Hij maakt zijn zin niet af, maar kijkt haar verontschuldigend aan. Ze glimlacht even en zegt ‘Zie je zo.’ 

In de winkel geeft ze de autosleutels terug aan Joanna die vandaag werkt. ‘Hoe is het met je krullebol?’ vraagt ze op een plagerige toon. Naomi houdt haar mond want ze heeft geen zin om telkens op de toespelingen van haar collega in te gaan. Het is toch alweer even geleden dat ze een vriendje had en om nu al een jongen die ze amper kent te gaan bestempelen als ‘Lover’ gaat haar echt te ver. Joanna wacht even op haar reactie, maar als ze merkt dat Naomi zonder iets te zeggen aanstalten maakt om de winkel weer te verlaten zegt ze ‘Sorry hoor, ik zal me er niet meer mee bemoeien.’ ‘Doei.’ zegt Naomi neutraal en blaast een handkusje in de richting van Joanna. Die ziet het wel, maar wordt dan afgeleid door haar telefoon die rinkelt. Eenmaal buiten gaat Naomi op weg naar het huis, maar aan het eind van de straat ziet ze Jarno alweer aan komen rennen. ‘Zijn we iets vergeten of zo?’ denkt ze. Op hetzelfde moment weet ze het. De lege dozen, achter in de bus. Die hebben ze natuurlijk weer hard nodig en toch zijn ze vergeten ze uit te laden toen ze voor de deur stonden. Dat betekent dat ze de autosleutel opnieuw bij Joanna moet ophalen. Ze ziet Jarno dichterbij komen en hij heeft haar nu ook gezien. Hij steekt zijn hand op en zwaait. Naomi keert zich snel om en gaat de winkel binnen. ‘Jo, mag ik de sleutel van de bus weer van je?’ Joanna staat met haar telefoon aan haar oor en gebaart dat Naomi stil moet zijn. ‘Twee bossen gemengd rood, prima mevrouw. En hoe laat wilt u ze ophalen?’ Naomi loopt tot achter de toonbank en maakt met haar rechterhand een gebaar alsof ze een contactsleutel omdraait, terwijl ze met haar linkerhand aan een denkbeeldig autostuur draait. Haar collega gaat onverstoord verder met het opnemen van de bestelling. Het telefoongesprek is bijna afgerond als Naomi achter zich het belletje van de deur hoort. De ogen van Joanna worden even groot, waarna ze Naomi een vette knipoog geeft. Die draait zich om en ziet Jarno hijgend in de deuropening staan. Ze fluistert snel ‘Ja, ik weet het, die dozen. Wacht maar bij de bus. Ik kom er zo aan.’ Joanna zegt ‘Dank u wel voor de bestelling mevrouw, tot morgenochtend.’ Vervolgens beëindigt ze het gesprek, legt haar telefoon weg en kijkt Naomi geamuseerd aan. ‘Gaan jullie samen een stukje rijden?’ Hierbij haalt ze de sleutels uit haar zak en gooit ze met een boogje naar Naomi. Jarno is weer een beetje op adem gekomen en zegt ‘Ik heb me gehaast zodat ik je niet zou missen. Wat denk je ervan als we wat lekkere hapjes meenemen en misschien een wijntje of zo. Dan kunnen we even rustig bijpraten. Ik heb je heel wat te vertellen weet je en ik wil je graag als gezelschap. In ieder geval vanmiddag en daarna moet je maar zien wat je van me vindt. Geef me alsjeblieft een kans.’ Naomi luistert naar de waterval van woorden. Zo heeft ze Jarno nog niet eerder meegemaakt. Ze wil hem ook een kans geven, dat zeker. Ze knikt en zegt ‘Natuurlijk, maar we moeten nog zoveel uitzoeken in dat huis.’ ‘Ik heb geen haast, in het tempo van vandaag zijn we over twee weken klaar terwijl ik nog drie maanden de tijd heb. En met jouw BVWP-systeem vliegen we erdoorheen.’ Bij deze laatste woorden trekt Joanna opnieuw de wenkbrauwen hoog op, terwijl Naomi een lach niet kan onderdrukken. ‘Kom,’ zegt Jarno, ‘we gaan wat lekkers uitzoeken in de supermarkt.’ Naomi legt de sleutels demonstratief op de toonbank en loopt op Jarno af. ‘Wit of rood?’ vraagt ze terwijl ze hem de deur uit duwt. Ze kijkt nog even om en ziet dat Joanna haar een kusje toeblaast. Naomi lacht en steekt haar duim naar haar op, net voor de deur dichtvalt.

Daar is de barrière weer. Hoe kan hij nou uitleggen dat hij niet zo’n prater is, als hij niet zo’n prater is. Het is wel uit te leggen, maar de woorden en de juiste argumenten ontbreken hem gewoon. Naomi zit tegenover hem op een stoel, terwijl hij op de oude, leren bank zit. Hij zet het glas waarin nog een bodempje rode wijn zit neer en zegt ‘Wacht even.’ Hij staat op en loopt de trap op naar de kleine rommelkamer waar hij de oude matras van Theo op de grond heeft gelegd. Hier slaapt hij nu al een week. Twee dagen geleden heeft hij van de boot wat extra spullen gehaald. Kleding, maar ook zijn gitaar. Hij pakt het instrument en neemt het mee naar beneden waar Naomi zit te wachten. Ze kijkt hem verbaasd aan en vraagt ‘Speel jij gitaar?’ ‘Ja, ik doe mijn best.’ ‘Maak je al lang muziek dan?’ ‘Nog niet zo heel lang, dus zo heel goed lukt het niet. Maar, het hoeft ook niet perfect voor mij, omdat ik vind dat het vooral om het gevoel en het verhaal gaat.’ Naomi knikt langzaam ‘Welk verhaal bedoel je?’ Jarno lacht wat onzeker en zegt ‘Weet je, in een liedje kan zoveel verteld worden. Als je dat in gewone woorden probeert dan lukt het gewoon niet.’ ‘Ja, dat snap ik wel.’ zegt Naomi nadenkend. ‘Muziek is misschien wel net zoiets als een mooi boeket. Losse bloemen vind ik al mooi, maar als je er een paar samenbrengt en je schikt ze mooi, dan ontstaat er iets onder je vingers.’ Ze pakt nog een stukje kaas en stopt het in haar mond. Jarno controleert even of zijn gitaar nog goed gestemd is. Opnieuw moet hij de vierde snaar weer iets bijstellen, maar dan klinkt alles in harmonie.

De melodie en akkoorden tokkelt hij op zijn gitaar. Onderwijl vertelt hij dat hij dit zo’n mooie song vindt. Het is geschreven door Guy Clark, een oude singer-songwriter uit Amerika. Jarno speelt de F, C en dan een G akkoord. Hierna begint opnieuw het refrein en nu zingt hij de originele tekst.

Step inside my house Babe
I’ll sing for you a song

I’ll tell you ‘bout where I’ve been
It shouldn’t take too long

I’ll show you all the things I own
My treasures you might say

Couldn’t be more’n ten dollars worth
But they brighten up my day

Jarno blijft op zijn gitaar spelen, maar verteld nu aan Naomi dat hij de tekst heeft vertaald. ‘In je eigen taal komen de woorden ongefilterd binnen.’ Naomi knikt en zegt ‘Dus je hebt dit lied iets meer van jezelf gemaakt?’ Jarno denkt na terwijl zijn vingers over de snaren glijden. ‘Ik denk dat ik me al herkende in het nummer en door het nu in het Nederlands te zingen, voel ik het nog meer als waar, als echt.’ ‘Laat het me horen dan.’ zegt Naomi zacht. Jarno sluit zijn ogen en zingt. 

Kom in mijn huis lief
en ik zing voor jou dit lied.

Wat verteld waar ik ben geweest
in drie minuten langer niet.

Dan laat ik je mijn rijkdom zien
nog geen tientje bij elkaar.

Wat oude dingen en herinneringen
ze maken mij het leven waard.

Tijdens het spelen en zingen van Jarno heeft Naomi haar wijnglas neergezet en is ze naar het puntje van haar stoel geschoven. Als Jarno zijn ogen weer opendoet, terwijl hij het slotakkoord speelt, kijkt ze hem met grote ogen aan. ‘Wat mooi.’ zegt ze zacht. ‘Dankjewel.’ ‘Je hebt het echt van jezelf gemaakt.’ Ze aarzelt even om verder te gaan, maar zegt dan ‘En, het lijkt wel of je mij er ook in bezingt.’ Jarno knikt langzaam. ‘Gek hè, soms maak je iets wat nog niet bestaat en dan wordt het later alsnog werkelijkheid. Ik zing over hoe ik, op dit moment, in het leven sta. Over mijn weinige bezittingen, maar ook dat er iets moois voor in de plaats is gekomen. Een lief, die op bezoek komt.’ Naomi houdt haar hoofd schuin en zegt ‘Het lijkt wel of je de toekomst kan voorspellen.’ Jarno schudt lachend zijn hoofd ‘Nee, dat gaat te ver hoor.’ Naomi kijkt hem opeens ernstig aan. ‘Leg je gitaar eens weg en doe je ogen dicht.’ Hij kijkt verbaast ‘Waarom?’ ‘Eens kijken of je voorspellende gaven echt zijn. Ogen dicht en denk aan iets waarvan je wilt dat het binnenkort realiteit wordt.’ Jarno wordt ernstig en legt zijn gitaar naast zich op de bank. Dan fronst hij zijn voorhoofd en sluit zijn ogen. Heel stil staat Naomi op en doet een paar voorzichtige stappen, tot ze vlak voor Jarno staat. Ze buigt zich voorover, tot haar gezicht op dezelfde hoogte is als dat van Jarno. Ze blaast met getuite lippen heel zachtjes over zijn gesloten oogleden. De frons verdwijnt van zijn voorhoofd en ervoor in de plaats komt een flauwe glimlach, maar hij houdt de ogen gesloten. Ze kust hem eerst heel zacht op zijn wang en dan een klein kusje op het puntje van zijn neus. Jarno houdt zijn adem in en wacht. Naomi kust nu ook zijn andere wang en dan maakt ze, met het puntje van haar tong, haar lippen een beetje vochtig om vervolgens Jarno op zijn mond te zoenen. Ze genieten samen van dit bijzondere moment dat wel een eeuwigheid lijkt te duren. Als ze elkaar weer loslaten, openen ze hun ogen en kijken elkaar aan. Naomi ziet weer die helderblauwe ogen vlak voor zich en Jarno bewonderd opnieuw de donkere met groen bespikkelde irissen. ‘Krijg nou wat,’ fluistert hij, ‘ik kan echt de toekomst voorspellen.’ Ze schieten samen in de lach waarbij Naomi zich voorover laat vallen en in de armen van Jarno terecht komt.

2e Refrein wordt vervolgd

3 comments on “De Stroom -20- Mijn Huis

Reageer