Breedteschrijfsels I

De Stroom -6- Paradise Garden

2e Couplet – vervolg

De volgende ochtend staat Jarno, volgens afspraak, alweer vroeg in de ochtend bij Theo op de stoep. Ze hebben afgesproken dat ze die dag samen de tuin verder gaan opruimen. Jarno is in zijn eigen huis zo goed als klaar en wil nu zijn oude buurtgenoot zijn hulp aanbieden. Hij begint met de heg nog wat gladder te knippen en vervolgens alle takjes en blaadjes in de groene bak te scheppen, want daar is gistermiddag niets meer van terecht gekomen. Dan is het onkruid aan de beurt. Na de winter is er veel verdord en afgestorven, maar inmiddels schieten er overal grassprieten en paardenbloemen uit de grond. De tuin zelf is snel gedaan, maar het betegelde pad en terras vergen heel wat meer moeite.

Na een uurtje komt Theo hem een mok koffie brengen. Daar zitten ze weer op het bankje in de ochtendzon. Dit keer vertelt Jarno van zijn plannen. Dat hij over een paar dagen vertrekt en ook zin heeft in de lente en de vrijheid op het water. ‘Maar, kan je dan zomaar alles achter je laten?’ vraagt Theo. ‘Ja, ik kan goed alleen zijn en ik vind het heerlijk om ‘s morgens wakker te worden en dan pas te bedenken wat ik die dag ga doen. Geen doelen stellen, maar gewoon te zien waar de rivier je heen brengt. Meegaan met de stroom.’ Theo wacht tot Jarno is uitgesproken, want zoveel woorden achter elkaar heeft hij nog niet eerder van hem gehoord. ‘Ja dat is mooi,’ zegt Theo, ‘maar ik bedoelde eigenlijk of je geen verplichtingen hebt. En kan je wel zo lang zonder werk.’ ‘Nee, ik heb geen naaste familie meer.’ Jarno neemt even een slokje van zijn koffie en staart daarna in zijn beker terwijl hij de vloeistof, door een beweging van zijn hand, langzaam rond laat draaien. ‘Mijn moeder is twee jaar geleden overleden en mijn vader heb ik nooit gekend.’ ‘Ach jongen.’ zegt Theo, terwijl hij een zacht tikje met zijn linkerschoen tegen de rechterschoen van Jarno geeft. ‘Maar het gaat nu goed hoor. Ik mis haar nog wel, maar juist daarbuiten…’ en hierbij gebaart hij met zijn vrije hand in de richting waarvan hij weet dat het haventje ligt, waar zijn boot is afgemeerd, ‘… juist daar, mis ik haar minder.’

De hele dag knapt Jarno karweitjes op. Na het onkruid wieden en snoeien van diverse planten verstelt hij de poortgrendel, zodat deze weer gemakkelijk te bedienen is. Kapotte bloempotten worden weggegooid en nog hele bloempotten juist gevuld met verse potgrond die hij op de oude fiets van Theo bij het tuincentrum gaat halen. De banden moeten wel eerst opgepompt worden want het rijwiel is zeker vijf jaar niet uit de schuur geweest. Jarno koopt er ook een paar bakken viooltjes bij die Theo op zijn gemak in de verse potten plant. De resterende plantjes zet Theo langs de rand van het terras in de tuin.

Aan het eind van de middag maakt Jarno aanstalten om naar huis te gaan als Theo vraagt ‘Waarom blijf je niet een hapje eten? Dan halen we wat bij de afhaalchinees hier op het pleintje.’ ‘Dat is wel makkelijk,’ zegt Jarno, ‘maar vind je dat niet vervelend dan?’ ‘Nee hoor, je hebt zo hard gewerkt, dus ik wil graag iets terug doen.’ Theo rommelt wat in een keukenlade en komt met een briefje van twintig euro naar Jarno toe. ‘Zo’n lekkere bak nasi met wat saté, dat is lang geleden zeg.’ Jarno neemt het geld aan en zegt ‘Met kroepoek niet te vergeten.’ De ogen van Theo worden groot. ‘Ik pak wat borden en bestek, maar ik wacht tot je terug bent met twee biertjes uit de koelkast te halen.’ ‘Ik ga gelijk.’ zegt Jarno en springt op de fiets. Hij spurt naar het plein waar een handvol winkels zijn te vinden. Een supermarkt, een Turkse bakker, een hakkenbar en nog wat kleine zelfstandigen zoals het Chinees restaurant “Paradise Garden”, maar ook het bloemenwinkeltje van Bert. In het voorbijrijden werpt Jarno een blik naar binnen. Hij hoopt Naomi te zien, maar de ramen spiegelen te veel, zodat hij eigenlijk alleen zichzelf voorbij ziet fietsen in een bol en hol verspringend beeld. Een duidelijk zicht van wie er binnen is krijgt hij niet. Hij zet zijn fiets tegen een rek en loopt bij het restaurant naar binnen. Iedereen wil vandaag makkelijk eten want voor de balie wordt een man geholpen, terwijl op het bankje nog drie mensen zitten te wachten op hun bestelling. ‘Dat kan wel even duren.’ denkt Jarno en wacht tot hij aan de beurt is. Op een tafeltje ligt een stapel afhaalmenu’s. Hij slaat een folder open en vindt al snel wat hij zoekt. Hij is van plan om bij de nasi en saté ook een portie mini loempia’s te bestellen. Na de man kan Jarno zijn bestelling opgeven. De vrouw krabbelt de gerechten op een klein briefje en schuift dat onder een luikje door, waarachter zich de keuken bevindt. Als het luikje omhoog gaat, hoort Jarno gekletter van pannen en kreten in een vreemde taal. Stoomwolken en hoge vlammen van wokbranders zijn nog net te zien voordat het luikje weer sluit en de keukengeluiden verstommen. Hij rekent af met het geld van Theo. Nu maar wachten tot zijn bestelling klaar is. Jarno kijkt even de wachtruimte rond en schat in dat iedere bestelling minstens een paar minuten duurt. Vier wachtenden kan dus zomaar tien minuten in beslag nemen. Hij loopt naar buiten en wandelt terug naar de bloemenwinkel waar hij zonder te aarzelen naar binnen stapt.

‘Goedemiddag.’ zegt een vrouwenstem. ‘…Hallo.’ zegt Jarno aarzelend. Achter de toonbank staat een blonde vrouw en verder is er niemand te bekennen. ‘Kan ik je helpen?’ vraagt ze. ‘Nee, ik kom niet voor bloemen,’ hakkelt Jarno, ‘is, uh, is Naomi er misschien?’ De vrouw kijkt hem verbaasd aan. ‘Nee, die is vrij vandaag. We werken om de beurt dus zij is hier morgen weer.’ ‘O.’ zegt Jarno en hij draait zich weer om naar de deur. ‘Dan ga ik nu Chinees halen, ok?’ ‘Ja, lekker.’ zegt de vrouw. Jarno heeft de deurknop al beet, maar draait zich weer om. ‘Nee, voor mij en Theo, en misschien…, kom ik morgen wel weer langs en, dus…’ De vrouw lacht en zegt ‘Ja joh, ik zal zeggen dat je langs bent geweest. Dag.’ Jarno knikt en stapt vlug naar buiten. Zijn hoofd gloeit.

Hij loopt naar het restaurant waar hij alsnog bijna een kwartier moet wachten voor hij zijn bestelling mee krijgt. Dat geeft hem wel de tijd om de kleur op zijn wangen te laten vervagen. Met een licht beschamend gevoel rijdt hij via een omweg naar huis om zodoende niet langs de bloemenwinkel te komen. Theo ziet hem de poort opendoen en de fiets wegzetten. Uit de koelkast pakt hij twee flesjes bier en zet die op het kleine keukentafeltje. Jarno komt binnen en zet het tasje met eten tussen de borden. De mannen wassen hun handen en beginnen aan de maaltijd. Na van alle gerechten flink wat opgeschept te hebben pakken ze allebei hun flesje en laten de halzen klinken. ‘Proost Theo.’ ‘Op je gezondheid jongen.’ En dan vallen ze aan.

2e Couplet wordt vervolgd

3 comments on “De Stroom -6- Paradise Garden

  1. Die weten van aanpakken die Jarno en de oude Theo..en als beloning een lekker bord Chinees eten en een vriendschap.Straks besluit Jarno nog om niet te vertrekken met zijn boot en zijn vrijheid op te geven als Naomi ook nog in zijn leven komt..wie weet ??

Reageer