Tijdens een herfstachtige autotrip door het noorden van Engeland overkwam mij iets wat je liever niet op vakantie mee wil maken. Na de sloot Guinness van gisteravond leek het de ochtend after the night before een goed idee om even op een pepermuntje te zuigen zodat de kegel enigszins afgebogen kon worden tot achter in de keel. En bovendien bleek het zo vroeg op de morgen nog veel te fris om met twee neergedraaide portierraampjes over de Engelse snelwegen te scheuren. Maar alleen zuigen op een pepermuntje daar heb ik dan weer geen geduld voor. Gewoon rechtop tussen de kiezen zetten en dan dat witte schijfje aan scherven knauwen. Hmm, lekker!
Bij het door mijn vrouw in de eerste kilometer nogal opgedrongen zesde pepermuntje gebeurde er iets raars. Na de knauw vulde mijn mond zich al vijf keer met snel zacht wordende en oplossende brokjes snoep maar bij dit zesde tabletje waren er ook stukjes bij die helemaal niet zacht werden. Deze stukjes waren ook bijzonder lastig alsnog tot kleinere partikels te kauwen. Wat raar, zeker een foutje gemaakt in de King fabriek met de juiste mengverhoudingen munt en suiker. En dat terwijl KING zoals iedereen wel weet een afkorting is voor: Kwaliteit In Niets Geëvenaard. Tot ik het hele goedje door slikte waarna mijn tong in aanraking kwam met een wel heel scherp en afgekalfd randje van de drie zes in het derde kwadrant. Bij nadere inspectie bleek het volledige bucale zijvlak inclusief een groot deel van het ocusale kauwvlak volledig verdwenen te zijn. Met andere woorden de eerste grote kies linksonder was voor bijna de helft afgebroken. De pepermuntjes waren niets te verwijten, het betrof hier mijn gebit waarvan de Kwaliteit Uitermate Teleurstellend bleek.
Na wat gegoogle kon het navigatie systeem van een andere bestemming worden voorzien zodat we een half uur later voor een tandartspraktijk halt hielden. Nu maar hopen dat er een tandarts was die een half uurtje tijd voor me kon vrijmaken. En dat lukte wonderwel. Zodoende werd ik vrijwel direct binnen genood in de behandelkamer. Tegenover me stond een kleine in het wit geklede Indiase man. De vroegere koloniën van Nederland waren talrijk maar werden in grote mate overtroffen door het Britse rijk tijdens het victoriaanse tijdperk. Als gevolg daarvan zijn in Engeland veel mensen met een Indiase achtergrond te vinden. Ik wenste hem een goede morgen en hij knikte me vriendelijk toe terwijl hij met zijn in blauw latex overspannen hand naar een behandelstoel wees. Eenmaal plaatsgenomen was ik in afwachting van verdere instructies maar deze tandarts bleek echter niet echt een voorbeeldfunctie voor zijn patiënten te vervullen. Waar iedere tandarts een uitdrukkelijke wens heeft dat een stoelganger zijn of haar mond open doet hield hij zijn eigen exemplaar opvallend gesloten. Wat wil je nou van me, dacht ik, liggen? Hoofd verder naar achteren? Of eerst vertellen waar het zeer doet? “What do you want sir?” Vroeg ik dus maar. Zijn antwoord kwam in twee fases. Hij wiegelde eerst zijn hoofd heen en weer op die typische Indiase manier. Een zachte maar snelle beweging die het midden hield tussen ja knikken en nee schudden. Je zou het kunnen samenvatten als jaschudden of neeknikken. Fase twee bestond uit een zacht maar duidelijk uitgesproken “Boring” waarbij hij de r extra beklemtoonde. Ok, dacht ik, deze tandarts heeft geen zin in vervelende praatjes. Als iemand tegen me zegt “Doe je mond nou eens open” dan neemt een soort stuurse versie het van me over en zeg ik de rest van het gesprek zo weinig mogelijk. Deze tandarts vroeg me juist niets maar door mijn eigen nervositeit verzon ik snel iets om te vertellen. “Excuse me sir, I’m on a holiday in your beautiful country and…” “Borrring” klonk het alweer boven me. Bij deze tandarts was het blijkbaar de bedoeling dat je wel je mond open doet maar verder vooral je klep houdt dus schakelde ik maar over op de technische kant van mijn probleem. “By sucking a King I felt a strange sensation in my mouth”. Fase 0 bleek te bestaan uit het opensperren van zijn ogen gevolgd door een neeknikkend hoofd en een nog iets uitdrukkelijker “Boorrringgg”. Oei, schrok ik, had ik nu iets verkeerds gezegd over de koning, maar bedacht me toen dat er nog niet zo lang geleden een vrouwelijke koningin in Engeland aan de macht was gekomen. Dan maar even een directieve actie. Ik opende mijn mond, trok met een gekromde pink van mijn linkerhand mijn wang zo ver mogelijk naar achteren en maak met dat op éénnakleinste ledemaat een aanwijzende beweging zo van “dat ga ik verklappen zei het kleine ding” naar de ruïne van mijn eens zo sterke, witte, altijd meemalende (niet in overdrachtelijke zin) kies. “Heel sul, zis wan hults vely muz” lichte ik in mijn beste Engels toe waarbij mijn aanwezige pink voor een ietwat beschonken uitspraak zorgde. In combinatie met het nu vrijkomende Guinness aroma kon ik zijn reactie wel begrijpen. Nog altijd vond hij me maar een vervelende klant dus schudde hij ja en herhaalde zijn mantra met rollende r “boring”. Ten einde raad smeekte ik “Please, help me!” en sperde vervolgens mijn mond wijd open als laatste gebaar van overgave. De fases volgen elkaar in snel tempo op: Fase 1: Hij sprak triomfantelijk “Yes”. Fase 2: “Now we are talking” (duh). Fase 3: “Finally some space, so I can start”. Hierop pakte hij zijn glimmende aan een flexibele aandrijfslang gemonteerde tandartsboor (fase 4) en startte deze waarna er een hoge gierende door merg en been snijdende fluittoon bezit nam van de behandelkamer en tegelijkertijd mijn innerlijke spierreflexsysteem verdoofde hetgeen niet bepaald gezegd kon worden van de zenuwen in mijn beschadigde kies. Fase 5 bestond uit zijn neeknikkende jaschuddende hoofd die zich aan de periferie van mijn betraande gezichtsveld bevond. Wat een vervelende man, wat een vervelende pijn, wat een vervelende gatengravende behandeling. Eindelijk begreep ik wat de tandarts me al een aantal keer duidelijk probeerde te maken: boorrRRRrRrring!
Slap verhaal: Ja, we zijn één keer met de auto in noord Engeland geweest, in de herfst, maar een afgebroken kies heb ik daar niet meegemaakt. En pepermuntjes kauw ik altijd in één keer stuk inderdaad zodat ik dientengevolge wel een keer bij mijn vertrouwde tandarts op de stoel kwam te liggen.
Sterk verhaal: Verder alles! Compleet uit mijn duim gezogen. Duimzuigen schijnt trouwens ook allerlei complicaties te kunnen hebben voor het gebit dus kijk uit met te veel verzinsels. En dan nog even over het werkwoord boren. Dat is in het Engels natuurlijk ‘to drill’ en niet ‘to bore’. Maar ja, in dit sterke verhaal kon ik de foutieve werkwoordsvervoeging/vertaling natuurlijk goed gebruiken.
Hahaha, weer een hele verfrissende kijk gekregen op de tandartsverzinselen. Vanaf nu voor mij alleen nog maar kauwgom in de vakanties, want stel je voor dat jouw verzinsel bewaarheid wordt….brrrr…..
Hahaha…
Zo ben ik wel eens naar koosie de dokter geweest met mn kleinste ledemaat….
Ik heb het een paar keer moeten lezen eer ik het snapte.De tandarts vertelde je al dat het erg vervelend kon worden .maar zeker een vervelende man om zonder eerst goed te kijken in een kapotte kies gaan staan te boren .Is dat dan Engelse ziekte.Fijne vakantie. Daag groeten van Ma
Voortaan maar mijn pepermuntjes opzuigen..ik moet er niet aan denken dat je bij zo’n
boorring man in de stoel zit. ;))