Afgelopen nacht hebben we in Kyanjin Gompa geslapen wat op ruim 3800 meter ligt. Vandaag hebben we plannen om nog een stuk hoger te komen. We zijn een kleine week onderweg in het Langtang gebied in Nepal. Vanuit de hoofdstad Kathmandu zijn we met een kleine groep per Fourwheeldrive naar het einde van het wegennet gereden om daarvandaan de bergen in te trekken. Halverwege was de weg overigens al even opgehouden te bestaan vanwege een kleine aardverschuiving. Bussen, vrachtwagens en auto’s stonden in een lange rij te wachten omdat ze één voor één een diepe kuil door moesten ploegen om veertig meter verder weer op het asfalt terecht te komen. Wij stapten maar uit want die manoeuvre bekeken we liever vanuit de berm dan vanaf de achterbank. De dagen erna hebben we door het steeds in hoogte toenemende dal gewandeld. De Langtang rivier dan weer eens links, dan weer eens rechts en soms ook even onder ons. Lange hangbruggen maken het mogelijk om de diepere stukken van het dal over te steken. We begonnen de trekking met z’n vieren maar er is inmiddels één reisgenoot afgevallen. Op dag drie voelde hij zich zo beroerd dat hij besloot in de lodge waar we die nacht hadden geslapen achter te blijven. Hopelijk kon hij herstellen en op de terugweg, als wij weer af zouden dalen, zou hij weer aan kunnen sluiten. Later hoorden we dat hij door een toevallig in de buurt zijnde legerhelikopter is geëvacueerd. Zo zie je maar dat we een hoop hebben gemist op deze reis, we waren te laat vertrokken om die aardverschuiving mee te maken en we waren te vroeg vertrokken om onze reisgenoot in een legerheli te helpen stappen. We maken weer niets mee deze keer, zucht….
Maar dan vandaag op pad om een bergje te bestijgen. De Tserko-ri die ongeveer 5000 meter hoog is. Het wordt een hele beklimming maar wat zou het mooi zijn om daar vanmiddag op de top te staan. We vertrekken vroeg uit het dorpje en lopen via een uitgestrekt moreneveld tot aan de voet van de berg. Als het pad dan serieus de hoogte in gaat moeten we ons tempo behoorlijk verlagen. Onze longen zijn niet gewend om op deze hoogte grote inspanning te leveren. De lage luchtdruk zorgt voor een relatief lagere hoeveelheid zuurstofmoleculen en dat ga je voelen. Toch blijven we gestaag doorlopen en komen voetje voor voetje dichter bij de top. Wat is dat toch? Als je op het strand loopt wil je even met je voeten op de vloedlijn lopen. Als kind wil je op een klimrek de bovenste trede aanraken. Bij het open maken van een zak drop stel ik me altijd onbewust ten doel om deze tot het laatste dropje leeg te vreten. Dat laatste voorbeeld heeft waarschijnlijk niets met een uitdaging te maken maar als wandelaar in de bergen is er blijkbaar wel een natuurlijke drijfveer die maakt dat je het hoogste punt wil bereiken. De prestatie? Of omdat het de grens is? Je kan niet hoger dus je moet of mag terug? Of ben je benieuwd naar wat er achter die top ligt? De belofte, het uitzicht, de voldoening. In een land als Nepal heb je een ruime keuze in bergtoppen. Vele zijn natuurlijk te hoog gegrepen voor ons. Alpinisten kunnen hier met expedities nog altijd niet eerder beklommen spitsen veroveren. Wij beperken ons tot de “eenvoudig te bewandelen” categorie. Die vinden we vandaag al lastig genoeg. Toch is het bijzonder om vanuit een geconcentreerde, vermoeide, naar beneden gerichte blik, op te kijken en plotseling een reusachtige yak in het bijna verticale veld te zien staan. We rusten een aantal keer en nemen dan het landschap in ons op. Na vijf of zes uur hebben we de 1200 meter hoogteverschil overbrugt. We wandelen over de laatste bergrug naar de top. Een langerekte kam waar talloze vlaggenmasten op zijn geplant. Vele gebedsvlaggetjes wapperen hier in de wind en het uitzicht is adembenemend, en niet alleen letterlijk. Naar het noorden en oosten zien we een hoog bergmassief. Hier staan bergen van 7000 tot 8000 meter hoogte tegenover ons die de grens naar Tibet vormen. Naar het zuiden de hoge Ganga La pas die alleen toegankelijk is voor bergbeklimmers. Naar het westen het lange diepe dal waardoor wij naar boven zijn gelopen. We maken een foto met onze gids, onze reisgenoot Lars en onszelf. We blijven een klein uurtje op deze hoogte en langzaam verzamelen er zich nog een paar wandelaars. Dan wil ik wel eens weten tot welke hoogte we echt zijn gekomen. Ik zet mijn wandel gps aan en wacht tot de satellieten gevonden zijn. Dan check ik de hoogtemeter, hm, 4985 meter. Hè, er springt nog een satelliet bij zodat de meting wat preciezer wordt, 4998 meter, shit. Ik kijk om me heen en zie een rotsblok die echt iets hoger lijkt te liggen dan alle andere. Ik klim er op en hou mijn gps op borsthoogte voor me uit, en dan, ….. 5000 meter! Snel maak ik een foto van het schermpje en dan genieten we van deze grens die we hebben bereikt. We kunnen niet verder, de top is behaald, de uitdaging volbracht. De kans is groot dat we nooit meer op deze hoogte zullen komen. En dat is goed, geen probleem, het is mooi zo.
Als we zijn afgedaald rusten we goed uit. We eten wat yakkaas die we hier in het dorpje bij de kaasmakerij hebben gekocht. We bezochten een dag eerder ook het kleine boeddhistische klooster wat net boven het dorpje op een heuvel staat. Wat een bijzondere plek. Het staat hier al eeuwen en het zal er nog eeuwen blijven staan. Als mens ben je nietig en klein in deze overweldigende natuur. Maar we voelen ons onoverwinnelijk.
Nepal 2012
Ps, in april 2015 heeft er in Nepal een grote aardbeving plaatsgevonden. De dorpjes in het Langtang dal zijn voor het grootste gedeelte verwoest waarbij honderden doden zijn gevallen. Veel inwoners maar ook tientallen trekking wandelaars zijn door de verwoestende krachten om het leven gekomen. Modderstromen, afbrekende delen van een gletsjer, bevingen van 7.8 op de schaal van Richter. Veel teahouses, boerderijen, stallen en woningen werden weggevaagd. Maakte ik aan het begin van dit schrijven nog flauwe grappen over het niet meemaken van aardverschuivingen of helicopters, met de kennis van nu lijkt dat niets minder dan ongepast. Achteraf is het allemaal makkelijk praten en besef je niet altijd dat het noodlot ook kan toeslaan. Zonder dat je er enige invloed op hebt. Wij ondernemen heel wat avonturen en brengen het er telkens weer goed af. Iets waar we vaak bij thuiskomst elkaar toch even aan herinneren maar tegelijkertijd zien we niet altijd dat, wat waar is; als mens zijn we niet onoverwinnelijk maar vooral nietig en klein.
Dordrecht 2021
Dat is nog eens wat anders dan van Bleskensgraaf naar Langerak.Wat een moed. Ik geniet weer van de foto’s.Goeie reis verder Groeten van Ma Harmans.
En gewoon de top bereiken 5000 m… respect hoor!!!!!
En wat prachtig daar,zo triest dat alles daar vernietigd is door zoveel natuurgeweld en dat jullie gelukkig de tocht in 2012 gemaakt hebben en niet in 2015 want dan hadden jullie al deze verhalen waarschijnlijk niet meer na kunnen vertellen.X